Enzymen zijn opgebouwd uit eiwitten. Een enzym zorgt ervoor dat een reactie kan verlopen, vaak bij een lagere temperatuur. Een enzym zorgt er ook voor dat er uit een substraat een product ontstaat doordat het enzym het substraat veranderd. Hierbij zorgt het enzym er wel voor dat hij intact blijft. Alleen het substraat veranderd. Het enzym blijft behouden voor een volgende reactie met nieuw substraat.

Deze reactie vinden plaats volgens het sleutel-en-slot model, dit houd in dat ieder enzym op een substraat past zoals een sleutel in het slot past. Emil Fischer (1852-1919) was de eerste onderzoeker die er in slaagde inzicht te krijgen in het werkingsmechanisme van enzymen, hij noemde het sleutel-en- slotmodel. Hij heeft hier in 1902 de Nobelprijs voor scheikunde voor gekregen.

(Biologie voor het mlo, hoofdstuk 6, zesde druk)

​

In onderstaande animatie wordt het principe van het sleutel-en-slotmodel duidelijk gemaakt.

De film is geheel zelfstandig door te nemen en kan als voorbereiding gebruikt worden op een les over enzymen. Er zijn een aantal vragen toegevoegd die je kan gebruiken om te controleren of je de film begrepen hebt.

​

Tijdens een praktijk- en theorieles is deze film ook beschikbaar in het lokaal op je eigen telefoon, scan hiervoor de QR-code in het lokaal of op je hand-out.

​

Bekijk eerst de instructie video aandachtig, daarna maak je de vragen die hier onder de video staan.